Compact voeren om selectiegedrag van koeien te voorkomen

Melkveehouders zoeken continu naar manieren om voerselectie tegen te gaan, de gezondheid van de dieren te verbeteren en de productie te verhogen. Compact voeren lijkt een oplossing te bieden in de strijd tegen selectie. Maar wat is compact voeren precies en hoe pas je het toe in de praktijk?

Compact voeren lijkt zich in eerste instantie te beperken tot het toevoegen van water aan het rantsoen en je zou kunnen denken ’baat het niet dan schaadt het niet’. Maar het is meer dan alleen water toevoegen. Het is een vorm van TMR voeren (Total Mixed Ration) waarbij alle koeien in een productiegroep onbeperkt, 24/7, toegang hebben tot een rantsoen dat zo goed gemengd is dat de koeien niet kunnen selecteren (ook niet door indroging van het voer gedurende de dag) en dus elke hap dezelfde samenstelling heeft. Dat is de definitie volgens het Deense onderzoeksbureau SEGES die de term ‘Compact TMR’ introduceerde. Volgens onderzoeker Niels Bastiaan Kristensen is het belangrijk om een aantal zaken goed in acht te nemen bij compact TMR voeren. Het restvoer moet geanalyseerd worden en het laden en mengen moet volgens specifieke protocollen verlopen. Bij het mengen wordt vooral aandacht besteed aan het inweken van het krachtvoer en het intensief mengen en snijden door langer (na) te mengen.

Mengen volgens het Compact TMR principe

Het mengen volgens het ‘compact-voeren-principe’ is opgedeeld in drie stappen:

  • First mix; inweken van droge krachtvoercomponenten met water
  • Middle mix; toevoegen van structuur
  • Final mix; toevoegen van mais


First Mix

Droge ingrediënten zijn normaalgesproken gemakkelijk uit het rantsoen te pikken en bevorderen het selectiegedrag van koeien. Als je voldoende water toevoegt dan plakken de ingrediënten aan elkaar en wordt het samen met het ruwvoer opgenomen. De hoeveelheid water is afhankelijk van het rantsoen en het drogestofgehalte (DS), maar in veel gevallen wordt als stelregel genomen: het gewicht aan krachtvoercomponenten is de hoeveel water in liters. Kristensen adviseert voor een TMR een drogestofgehalte van 36-38% bij een verticale voermengwagen en een hoger DS-gehalte bij een horizontale voermengwagen om te voorkomen dat er in de laatste fase water uit het mengsel geperst wordt. 

Natte ingrediënten zoals melasse, suikerbieten en bierborstel zijn van zichzelf al vochtig en kunnen een deel van het water vervangen. Het doel is om van de krachtvoeders en eventuele andere bijproducten een homogeen mengsel te maken dat aan het ruwvoer blijft plakken of zelfs door het ruwvoer wordt geabsorbeerd. De meeste ingrediënten zijn na één uur goed ingeweekt, maar bijvoorbeeld bij bietenpulp duurt het inweken wel acht tot twaalf uur. Als je meerdere keren per dag voert is het volgens Kristensen zaak om een grotere hoeveelheid krachtvoer in te weken en die voor meerdere voerbeurten te gebruiken. 

Middle Mix

In deze fase wordt het ruwvoer, met uitzondering van de snijmais, geladen. Deze fase heeft als doel om het ruwvoer intensief te vermengen met het krachtvoermengsel zodat het zich goed hecht aan het ruwvoer.  Het gras, dat bij voorkeur kort gehakseld is (0,8-1cm), wordt met een hoog vijzeltoerental van minimaal dertig omwentelingen per minuut vermengd met het voormengsel. Na het laden van het gras wordt een namengtijd van 15-20 minuten aangehouden. 

Het is belangrijk dat het ruwvoer kort is zodat het zich beter kan hechten aan het krachtvoer en het voor de koeien lastiger is om te selecteren. Bovendien is het voor een goede menging zaak dat de deeltjeslengte van de verschillende componenten bijna gelijk is. Het is natuurlijk beter als het ruwvoer al tijdens het inkuilen gehakseld wordt, maar met de voermengwagen kan het voer nog verder verkleind worden. Het is dan wel belangrijk dat de messen op de juiste posities op de vijzels zitten. De mengwagens van Trioliet hebben de mogelijkheid om verschillende mesposities te kiezen zodat je altijd de meest optimale snijwerking hebt. Welke posities dat zijn, is afhankelijk van het rantsoen. In deze video wordt uitgelegd wanneer je welke posities gebruikt. Uiteraard moeten de vijzelmessen ook scherp zijn. Controleer ze daarom regelmatig. Een scherp mes mengt beter en bespaart brandstof en vermogen omdat er minder weerstand is. De gepatenteerde Trioform vijzelmessen blijven langer scherp dankzij hun unieke vorm. 

Final Mix

In de laatste fase wordt de mais in de voermengwagen geladen. Het zware, compacte mengsel wordt hierdoor wat luchtiger. Nadat de mais geladen is moet weer 15 tot 20 minuten worden nagemengd. Kristensen geeft de voorkeur aan een hoog vijzeltoerental van ca. dertig toeren per minuut. Bij het mengen van Deense type rantsoenen adviseert hij nadrukkelijk om de voermengwagen niet uit te zetten tussen de Middle en de Final Mix en tijdens het uitdoseren. Een reductiekast kan uitkomst bieden om de vermogensbehoefte te reduceren. Bijvoorbeeld de Shifttronic automatische reductiekast. De 2- of 3-traps powershift schakelt, onder last, automatisch op en af naar het optimale vijzeltoerental. Dat spaart de aandrijflijn van de voermengwagen en de aftakaskoppeling van de trekker maar bespaart ook brandstof en tijd. De vijzels draaien namelijk altijd, ook bij natte, zware rantsoenen, op de meest ideale snelheid.

Zo werkt de Shifttronic powershift

Je kunt je misschien voorstellen dat het zware, compacte mengsel nogal wat vermogen van de trekker vraagt en fysieke eisen stelt aan de voermengwagen. Kies daarom niet voor te licht gebouwd materieel, maar ga bewust voor kwaliteit. Zo zijn de Solomix X-Range voermengwagens bijvoorbeeld uitgerust met een extra dikke wand van 10 mm en extra dikke vijzelbladen van 22 mm dik en is het ook mogelijk om ze te bekleden met een roestvrijstalen liner voor een extra lange levensduur. Dit is waarom de Solomix voermenwagens geschikt zijn voor compact TMR.

Horizontale en vertical beweging van voer in de mengkuip

Ook benadrukt Kristensen dat het voer goed door de kuip van de voermengwagen getransporteerd moet worden tijdens het mengproces. Die beweging is belangrijk voor een homogene menging. Als het rantsoen niet goed gemengd wordt kan dat verregaande gevolgen hebben voor de koeien. In de Solomix voermengwagens zitten assymetrische inserts, driehoeken tussen de vijzels, die zorgen dat het voer door de vijzels horizontaal door de hele mengkuip gestuwd wordt. Door de vorm van de vijzels en de brede vijzelwinding wordt het voer ook omhoog geduwd en valt het door de zwaartekracht weer naar beneden. Door deze horizontale en verticale beweging, het zogenaamde ‘Dual Flow-principe’, ontstaat een mooi homogeen gemengd rantsoen.  

Het compact TMR voeren wordt al zo’n vijf jaar toegepast in Denemarken. Daar zijn voor- en tegenstanders van het concept. De voorstanders zijn overtuigd van de voordelen en voeren geheel volgens het Compact TMR protocol. Zij zien een stijging in de productie en een verbetering van de gezondheid van de veestapel. Tegenstanders zeggen echter dat compact TMR voeren teveel arbeid en brandstof kost. En wel zoveel dat de kosten niet opwegen tegen de voordelen. Een deel haalt echter wel bepaalde elementen uit het concept, zoals bijvoorbeeld het maken van een premix, het hanteren van de juiste laadvolgorde, het juiste aantal vijzeltoeren en het toevoegen van water. Op die manier past het wel in hun bedrijfsvoering en genieten ze misschien niet alle, maar wel een deel van de voordelen van compact voeren.

Wat maakt een Trioliet Solomix geschikt voor compact TMR?

  • Mengkuip wand van 10 mm dik bij X-Range (vanaf 24m³);
  • Slijtrand van 15 mm onderin de mengkuip voor extra lange levensduur en extra stabiliteit;
  • Optioneel extra roestvrijstalen Trionox bekleding aan de binnenzijde van de mengkuip (wand en bodem) en/of op de vijzelwinding (“Hard Face”);
  • Waterafdichting op vijzelkolom zorgt voor bescherming planetaire tandwielkasten;
  • Afdichting van doseerschuiven d.m.v. C-labyrint in klepgeleiding;
  • Stevige constructie van de mengkuip met geïntegreerd chassis en vijzelkolommen zodat hoge krachten opgevangen worden;
  • Homogene mengkwaliteit dankzij de assymetrische driehoeken in de mengkuip;
  • “Long Life” vijzels met 22mm dikke vijzelbladen en 25mm dikke doseervleugels, standaard bij Solomix 3;
  • Zelfscherpende Trioform vijzelmessen die op de gewenste positie aangebracht kunnen worden;
  • De slanke Twin Stream vijzels zorgen dat het voer omhoog gestuwd wordt en de symmetrische doseervleugels onderaan de vijzel zorgen voor een snelle menging en gelijkmatige uitdosering.

Uiteraard zijn de Solomix voermengwagens geschikt voor alle typen rantsoenen en alle manieren van voeren, dus ook voor rantsoenen met lange, structuurrijke componenten en ronde- of vierkante balen.

Solomix 2 brochure

Solomix voermengwagens

TMR voeren in de praktijk

Het toepassen van de compact voeren theorie kan op verschillende manieren. Lees hier hoe deze melkveehouders baat hebben bij hun eigen manier van compact TMR voeren. 


Bron: "Implement Compact TMR to increase productivity, feed efficiency and health in dairy herds." By Dr. Niels Bastian Kristensen, cand. agro., Ph.D. SEGES P/S, Dairy & Beef Research Centre, Agro Food Park 15, DK-8200 Aarhus N, Denmark