Zorg dat de voermengwagen klaar is voor de winter

We beschermen onszelf goed tegen de kou, maar hoe zorgen we dat ook de voermengwagen, één van de belangrijkste machines op een rundveebedrijf, klaar is voor de winter? Als je een voermengwagen niet voorbereidt op lage temperaturen kan er schade ontstaan en dat wil je natuurlijk voorkomen. De dealer kan je hierbij helpen. Maak een afspraak bij de lokale dealer of neem contact op met de rayonmanager in jouw gebied.

Onze service afdeling heeft 12 tips op een rij gezet:

1.    Controleer de mengwagen tijdig. Check alvast in de herfst, of in elk geval voordat het vriest, wat de status is van de voermengwagen (wand mengkuip, snij- en vijzelmessen, vijzels, etc.). Mocht er een onderdeel besteld moeten worden dan heb je waarschijnlijk te maken met levertijden. Het beste is om alvast een paar onderdelen op voorraad te hebben zodat je niet voor verrassingen komt te staan. 

2.    Om de voermengwagen grondig te kunnen controleren is het van belang dat de wagen schoon is. Op die manier valt een slijtplek of scheur beter op. Houd de onderkant van de voermengwagen ook goed schoon. Voer en vuil dat aan de onderkant van de machine ophoopt en vastvriest kan de werking van de weeginstallatie negatief beïnvloeden.

3.    Check het oliepeil, deze moet tussen de min-max strepen in staan. 

4.    Vervang zo nodig de olie. Bij koude temperaturen tot -23˚C raden we het gebruik van transmissieolie aan van het type MIL-L-2105 (C) of ISO3448 VG 150. Bij extreem koude weersomstandigheden waarbij het standaard kouder is dan ca. -18˚C adviseren we het gebruik van half-synthetische olie Omala HD 220. Dit voorkomt beschadigingen bij afdichtingen.  

5.    Controleer de afdichtingen. Bij het gebruik van dikkere olie bestaat de mogelijkheid dat afdichtingen gaan lekken, wat kan leiden tot een te laag oliepeil in de tandwielkast.
Om schade aan de tandwielkast te voorkomen, raden we ten zeerste aan om onze handleiding te raadplegen voor de juiste specificaties met betrekking tot het gebruik van olie. 
Hierin vindt u gedetailleerde instructies en aanbevelingen om ervoor te zorgen dat uw menger optimaal blijft functioneren, zelfs onder koudere omstandigheden.

6.    Check of de klepgeleiding van de doseerschuiven vrij is van voerresten. Vastgevroren voerresten kunnen het sluiten van de doseerschuiven belemmeren. 

7.    Laat de vijzelaandrijving (en evt. reductiekast) tien minuten stationair draaien voordat je de voercomponenten gaat laden. Zo kan de olie in de tandwielkasten / reductiekasten langzaam warm worden en hiermee voorkom je dat afdichtingen gaan lekken en er grotere schade in de aandrijving ontstaat.      

8.    Controleer het weegsignaal. Onder koude omstandigheden kan het voorkomen dat het weegsignaal op de weegindicator niet meer op de 0-stand staat. We adviseren daarom om het weegsysteem, net als de voermengwagen zelf, tien minuten voor het laden alvast in te schakelen. Mocht de weegindicator na het warmdraaien nog steeds niet op nul staan, dan moet de waarde handmatig ingesteld worden. Zie de handleiding van de voermengwagen hoe je de weegindicator op de 0-stand zet. Bij extreme temperaturen raden wij aan om continue spanning op de weeginstallatie te zetten, dus ook buiten gebruik. 

9.    Laat de afvoerband (en bij zelfrijders ook de opvoerband) eerst een paar minuten op 10-20% van de snelheid draaien om te voorkomen dat deze beschadigt door het inschakelen in bevroren toestand. 

10.    Grote bevroren brokken voer moeten worden verkleind voordat ze in de mengwagen geladen worden. Grote, harde brokken bemoeilijken het snijdwerk van de vijzelmessen en dat leidt tot een slecht gemengd rantsoen en mogelijke overbelasting van de aandrijflijn tijdens het mengen. Wanneer je balen voert is het verstandig om deze eerst in kleinere stukken te snijden of los te schudden voordat je ze in de mengwagen laadt. 

11.    Zorg dat de mengkuip goed leeg is aan het einde van de voerbeurt door de vijzels de laatste minuten op hoge toeren te laten draaien. Dat voorkomt dat er een voerresten achterblijven die aanvriezen en waarachter het voer zich de volgende voerbeurt ophoopt en daarmee een goed mengwerking belemmert.

12.    Pas het rijgedrag aan de weersomstandigheden aan. De voermengwagen kan gaan scharen bij gladheid. Dat wil je te allen tijde voorkomen.


Zo zie je maar, met een paar eenvoudige handelingen maak je je voermengwagen klaar voor de winter. Zorg dat je van een aantal genoemde tips dagelijkse routine maakt. Het spreekt voor zich dat wie zijn voermengwagen goed onderhoudt, problemen voorkomt en daarmee kosten bespaart. Uiteraard kan de dealer je helpen om de mengwagen winterklaar te maken of onderdelen te bestellen. Maak in dat geval een afspraak bij de lokale dealer. Of neem contact op met de rayonmanager in jouw gebied.

 

Stel een vraag

 

< Naar Service pagina